Een roze podium, een afwisselende show en hooggeëerd publiek. Op vrijdag 4 september 2020 is in de Sluisbuurt op Zeeburgereiland het Sluislab officieel geopend. De week die eraan voorafging stond volop in het teken van ontwerpend onderzoek.
Kick-off Week
Het leslokaal met een docent heeft plaatsgemaakt voor een grasveldje met opslagloods en kunstenaars Rob Voerman en Davy Wouda die het maak proces begeleiden. Twee linkerhanden of niet: er moet hier aan de rand van die desolate zandvlakte iets van de grond komen, en wel binnen vier dagen. De deelnemende studenten tonen zich verrast door het doehet zelf programma, dat ze als “out of my comfort zone” beschrijven. “Ik dacht, we wandelen naar het nieuwbouwterrein en gaan weer terug naar school,” zegt Glynnelle Ursule, die normaliter bij de opleiding International Tourism in Diemen zit. Nu werkt ze al drie dagen in een van de stoelenteams aan een reeks prototypes.
Door Karel Koch en Kim Hagenaar, trekkers van het nieuwe Sluislab die deze kickoff week hebben georganiseerd, wordt ondertussen nog niet zoveel uitgelegd over het waarom van dit alles, dat mag iedereen zelf ontdekken. De geoefende design thinker die er van een afstandje naar zou kijken, kan er de 1:10:100 methode in ontdekken. De maquettes die in één dag gemaakt zijn, worden in een week tijd in prototypes gegoten voor een eerste praktijkproef, om de komende maanden op grotere schaal getest te worden in het échte werkveld. De opgave is groot: “Samen een eiland uitvinden,” noemt Koch het. Inholland kiest als eerste bewoner van de Sluisbuurt voor een actieve rol bij de ontwikkeling van de wijk. Een grootstedelijke wijk die nog vanaf de grond opgebouwd moet worden vormt de ideale proeftuin voor experimenterend en ontwerpend leren.